De telefoon van de oudste dochter deed wat ze allemaal doen na een jaar of vier: niks meer. Conform het verdienmodel van alle smartphones deed ook dit exemplaar zijn laatste kunstje en maakte zo de weg vrij voor een ‘refurbished’ opvolger. Via Marktplaats werd nog dezelfde avond een exemplaar gevonden in een dorp verderop. Het opgespaarde geld van een zomer aardbeien plukken vond alras een nieuwe eigenaar: een andere puber die op haar beurt de laatste versie van een nieuwe phone wilde kopen. Ik heb het even opgezocht: de nieuwste krengen kosten bijna €1000. Alsof het niks is. Voor dat bedrag konden wij vroeger drie weken kamperen.
En vroeger was echt niet alles beter, dat weet ik ook wel. In de afgelopen 40 jaar is de koopkracht van Nederlanders met bijna 60 procent gestegen. Zo blijkt uit recent onderzoek van het CBS en de Universiteit Leiden. Op Twitter ontstak gelijk een volkswoede aan verontwaardiging van mensen die hun eigen situatie niet herkenden in deze cijfers, maar dat maakt de algemene conclusie niet minder waar. We hebben meer te besteden dan ooit, met als mooie bijkomstigheid dat de ongelijkheid laag bleef door ons nivellerende belastingsysteem.
En waar is al dat extra geld naartoe gegaan? Het blijkt dat we in de afgelopen decennia een steeds groter deel van onze koopkracht zijn gaan besteden aan luxe-uitgaven, zoals vakanties en uitgaan. Dat vinden wij allen zo prettig jaja, maar het wringt ook. De opgaven waar we met zijn allen tegenaan hikken worden alleen maar groter. Duurzame landbouw, beter onderwijs, schone energie, toegankelijke gezondheidszorg, meer betaalbare woningen, veiligheid. Dat is ook de reden dat we steeds vaker naar de brede welvaart kijken in het licht van de zeventien Sustainable Development Goals (de duurzaamheidsdoelen) van de Verenigde Naties.
Het CBS heeft een Monitor Brede Welvaart & SDG’s gepubliceerd waarin ze laten zien hoe Nederland zich ontwikkelt op het gebied van die brede welvaart. Fascinerend leesvoer voor een herfstig weekend. En goed dat hier aandacht voor wordt gevraagd, want alleen maar koopkrachtgroei kan geen doel op zich zijn. Tegelijk moet het ook niet verworden tot een schijnbare paradox: het is niet kiezen tussen economische groei of volksgezondheid. Economische groei zal altijd nodig blijven om beter onderwijs of een veilige samenleving te kunnen blijven betalen.
Economische groei kan wel aangejaagd worden door de overheid, maar uiteindelijk staan ondernemers aan de lat. Zij nemen het risico. Zij maken van niets iets. Zij verdienen het geld. Dat betekent dat we ondernemers moeten koesteren. Nu meer dan ooit. Juist omdat zij onze brede welvaart mogelijk maken. Inclusief te dure telefoons.
Terug